Onderzoek naar hartkwaal bij Dobermann-patiënt vervangt dierproeven

7 maanden geleden

Een team van onderzoekers van de Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht ontvangt vanuit de ZonMw Open Competitie een subsidie van 936.587 euro.

Het team kreeg de subsidie voor onderzoek naar een ernstige hartkwaal die zowel mensen als honden treft, met name Dobermanns. Zij gaan gegevens bestuderen van de Dobermanns die in het Dierenziekenhuis komen voor diagnose en behandeling en maken zo dierproeven hiervoor vrijwel overbodig.

In het project werken onderzoekers in dierlijke en menselijke geneeskunde intensief samen. De hartkwaal die onderzocht gaat worden is een verwijd hart, ofwel dilaterende cardiomyopathie (DCM). De patiënt krijgt toenemende hartritmestoornissen en benauwdheid.

De ziekte wordt onder andere onderzocht bij Dobermanns, die er veel aanleg voor hebben. Als Dobermann-patiënten naar het Dierenziekenhuis van de Universiteit Utrecht komen zullen de onderzoekers aan hun eigenaren vragen om mee te doen aan het onderzoek, dat voor de hond niet erg belastend is. De onderzoekers gaan op zoek naar biomarkers (signaalstoffen) in het bloed die wijzen op de eerste veranderingen in de hartspier die uiteindelijk leiden tot de verwijding. Daarmee kan DCM in de toekomst eerder worden ontdekt. Nu wordt de diagnose vaak pas duidelijk als de klachten al ernstig zijn. Soms wordt DCM helemaal niet ontdekt en sterft de patiënt aan acuut hartfalen.

Dierproeven voorkomen

Om DCM te bestuderen worden vaak proefdieren gebruikt, zoals muizen, ratten en varkens. In dit onderzoeksproject echter doen de onderzoekers kennis op door DCM te bestuderen bij Dobermann-patiënten. Het onderzoek past dan ook in een trend naar minder dierproeven doen en meer kennis halen uit gegevens van patiënten, zowel dieren als mensen.

Onderzoeker Frank van Steenbeek: “Het is een mooie samenwerking op het grensvlak van menselijke geneeskunde en diergeneeskunde. Er zijn verglijkbare specialisten bij betrokken van het UMC Utrecht en van het Dierenziekenhuis. Hiermee kunnen we dierproeven voorkomen en tegelijk de ontwikkeling van effectieve screeningmethoden en behandelingen versnellen, voor zowel mensen als honden met deze aandoening. Mijn droom is dat we in de toekomst zowel honden beter kunnen behandelen als een groep onbegrepen gevallen bij mensen.”

Het gebeurt steeds vaker dat dierenartsen en medisch specialisten van medische centra samenwerken om behandelingen voor mens en dier te vinden of te verbeteren. Dit gebeurt bijvoorbeeld ook bij onderzoek naar artrose.