Geen katten, maar cellen

8 jaar geleden

Cyrina van Beusekom doet aan het IRAS (Institute for Risk Assessment Sciences, Faculteit Diergeneeskunde, Universiteit Utrecht) onderzoek naar de omzetting en het transport van geneesmiddelen in de lever van katten. Dit onderzoek maakt het mogelijk veiliger en effectiever medicatie aan katten te verstrekken. Want: “katten zijn geen hondjes”.

Katten worden in vergelijking met vroeger steeds meer als gezinslid beschouwd, en eigenaren hebben een emotionele band met de kat. Er is daardoor ook meer vraag naar medische zorg voor katten. Aangezien er minder medicijnen voor katten op de markt zijn dan voor bijvoorbeeld honden of mensen, moet de dierenarts vaak medicijnen die niet bedoeld zijn voor katten toepassen op de kat, omgerekend naar lichaamsgewicht. Echter, de uitwerking kan heel anders zijn.

Andere enzymen

Het onderzoek vindt niet plaats op proefdieren, maar op leverweefsel van katten die al overleden zijn. Door ‘gepureerd’ leverweefsel aan te lengen met speciale vloeistoffen en meerdere keren te centrifugeren, kan ze de enzymen uit de levercellen vrij maken. Met markerstoffen kan ze vervolgens de functie van de enzymen in de kattenlever onderzoeken en vergelijken met leverweefsel van hond en mens. Het blijkt dat katten een aantal specifieke enzymen missen voor de omzetting van bepaalde geneesmiddelen. Dit was al bekend voor paracetamol, maar het blijkt een breder euvel.

Menselijke cellen

Een tweede deel van het onderzoek, naar het transport van geneesmiddelen door celmembranen heen, wordt gedaan op de celmembranen van menselijke cellen waarin een transporter (een soort pompje) van de kat is ingebouwd. Deze vorm van onderzoek wordt gebruikt, omdat er nog te weinig kennis is over de kattenlevercel en er geen geschikte cellijn is om op te testen.

Toch komt er kennis uit voort over het mechanisme, die vervolgens bruikbaar is om verder onderzoek te doen naar het transport van stoffen in en uit de cellen van katten. Uit de enzymstudies bleek bijvoorbeeld al dat diazepam door katten op een andere manier wordt omgezet dan door honden of mensen. Met behulp van de transportstudies ontdekten ze dat diazepam en haar metabolieten de transporter remmen die betrokken is bij het transport van galzuren in de lever, waarna giftige galzuren zich kunnen ophopen en schade kunnen toebrengen aan de levercel.

Personalised medicine

Het voordeel van dit soort kennis is dat een dierenarts extra alert kan zijn op een bepaalde uitwerking van een medicijn dat niet voor katten bedoeld is. Maar het vormt vooral een basis voor verder onderzoek naar het veilig en effectief doseren van medicatie aan de kat. En in de toekomst kan het bijdragen aan de ontwikkeling naar ‘personalised medicine’, zoals die zich voordoet in de menselijke geneeskunde: diagnostiek en behandeling aangepast aan de individuele patiënt.

Dit artikel is gebaseerd op een artikel door Sylvia Heunks in het personeelsblad van de faculteit Diergeneeskunde VETgedrukt.