3 V's
Bij de planning en uitvoering van dierproeven streven de Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht altijd naar vervanging, vermindering en verfijning van de dierproef, de zogenaamde 3 V’s.
In dit artikel
Vervanging: de dierproef wordt vervangen door een alternatief zonder proefdieren.
Vermindering: het aantal dieren per proef wordt zo veel mogelijk verminderd.
Verfijning: het ongerief (pijn/ongemak) van de proefdieren vóór, tijdens en na de proef wordt zo veel mogelijk voorkomen.
Veranderd proefdiergebruik door 3V-methoden
De ontwikkeling en inzet van de 3V-methoden over de afgelopen 35 jaar hebben bijgedragen aan een veranderd proefdiergebruik voor biomedisch onderzoek:
- Het proefdiergebruik is sinds 2001 meer dan gehalveerd.
- De belasting van proefdieren is verminderd. ‘Ernstig ongerief’ komt veel minder voor.
- Het welzijn van proefdieren is verbeterd, bijvoorbeeld door kooiverrijking en socialisatie.
- Het onderzoek naar en gebruik van proefdiervrije methoden is toegenomen.
3V-methoden en de transitie naar proefdiervrije methoden
De Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht werken op diverse manieren aan 3V-methoden en alternatieven voor dierproeven:
- Onderzoekers werken aan de ontwikkeling en toepassing van de 3 V's.
- Het departement Dier in Wetenschap & Maatschappij (DWM) van de faculteit Diergeneeskunde heeft als missie om het welzijn van dieren te optimaliseren door middel van onderzoek, onderwijs en communicatie.
- Het 3Rs Centre stimuleert de ontwikkeling, acceptatie en implementatie van 3V-methoden.
- De Universiteit Utrecht werkt samen met Proefdiervrij om het aantal proefdieren terug te dringen, onder andere via het Dierdonorcodicil
- De werkgroep TPI Utrecht zet zich in om de transitie naar proefdiervrije innovatie te versnellen.